Over mij

Mijn foto
Juni 2008 afgestudeerd aan AKV/StJoost, deeltijd Fotografie.

maandag 15 december 2014

Huiswaarts na ochtend Seattle

Vrijdag 15 augustus


We hadden nog een ticket van Chihuli, maar omdat we donderdag het meeste al wel gezien hadden besloten we om vanmorgen een bezoek te brengen aan Pike Place Market en daarna onze laatste uurtjes in Seattle door te brengen in de grote bibliotheek van Rem Koolhaas.
    We checkten om 8 uur uit, blij dat we auto en bagage nog een poos mochten laten staan. Het regende, hetgeen niet zo heel vreemd was in Seattle, daarom aten we eerst nog wat in het hotel, met uitzicht op de bibliotheek. Na een half uurtje liepen we door de regen de steile straat af naar beneden, op zoek naar PPM. We dwaalden eerst wat door de overdekte gangen met winkeltjes die nog niet open waren en kwamen uiteindelijk bij de versmarkt uit, waar het al een drukte van belang was. Veel bloemen, fruit en vis, als ook kreeftenstaarten. De vissen vlogen ons hier letterlijk rond de oren, leuk om ook dat schouwspel eens te zien. Aan de overkant van de straat bevond zich o.a. een kaasmakerij. 

Pike Place Market

Handig die afvalzakjes zo!



 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
We hadden het hier wel gezien en wandelden terug richting bibliotheek. Het was inmiddels droog en de straat die we nu namen was gelukkig heel wat minder steil. Een vehikel van Riding the Duck passeerde ons en maakte het toeristenplaatje compleet.

De bibliotheek was imposant en stil! We stegen met de lift naar de negende verdieping en bewonderden de architectuur.
Seattle Public Library, Rem Koolhaas
W. had rust nodig en ging daarna beneden lezen, ik spiraalde de boekenkasten langs tot de vijfde verdieping en kwam zo langs de fotoboeken afdeling, waar ik ontdekte dat ze het boek The Dutch Photography in de collectie hadden.

The Dutch Photography

 
 
 
 
 
 
Ontmoetingsverdieping
 
 
 
 
Na de rode gangen van  de ontmoetingsverdieping
nam ik nog een kijkje op de computerafdeling daarboven om vervolgens via de gele roltrap naar de huiskamer te gaan, een grote ruimte met overal lezende mensen, maar ook zwervers, waar ik van bovenaf al zicht op had gehad.
"Huiskamer" Seattle Public Library

Hierna kocht ik een kleinigheid in het leuke winkeltje, waar de verkoopster me vertelde dat ze het zo fijn fietsen vond in Nederland, dronken we nog een kop warme chocolademelk en namen afscheid van het gebouw. We haalden onze huurauto en bagage op, stopten onderweg nog een keer om te tanken en reden naar het gebouw van de Rental Cars.  

Onze auto was snel ingeleverd bij Budget en de Shuttle bracht ons comfortabel naar het vliegveld. We waren vroeg, zodat we op ons gemak konden inchecken bij de zelfcheckbalie, waarna we via de bagage afgifte in elk geval van een deel van onze bagage verlost werden. In een rustig hoekje lazen we nog wat en aten we wat van de chips die nog over waren. Langzamerhand dan maar eens op weg naar de douane, waar we zonder enig probleem ook zo voorbij waren.
 


Bij de Gate zaten we nog een poos te wachten, maar ook hier verliep de procedure verder voorspoedig, de vlucht vertrok mooi op tijd.

Het was een lange, lange zit, waarbij ik nu aan de beurt was om de hele tijd last te hebben van pijnlijke benen, terwijl W. naast me doordringend zat te snurken dankzij een slaappil en wat rode wijn. Ik genoot wel van de prachtige film Amour, die ik al eens gezien had in het Eye museum in Amsterdam, maar die een tweede sessie zeker waard was!

We kwamen zaterdag 16 augustus om 13.00 uur in Amsterdam aan, waar zoon J. ons al op stond te wachten en we welkom werden geheten in ons eigen koude en natte kikkerlandje!

 

 

 

Van Vancouver naar Seatte via Everett

Donderdag 14 augustus

Het vertrek uit Vancouver was helaas al weer aangebroken. Michael verzorgde om acht uur onverwacht nog een warm ontbijt, iets met filodeeg voor W. en roereieren voor mij, maar eerst deden we nog een greep in de fruitbowl! 

Om ca. 9 uur reden we weg en na een misvatting van G. vonden we al snel de juiste weg,  uit het drukke downtown en de stad uit, richting de grens. Het was mistig en koud.
    Vlak voor de grens zagen we een prachtig grasveld met picknickplekken en washrooms. De wachttijd die op borden al werd aangekondigd bleek inderdaad zo’n 40 min. Een uitbundig bord verwelkomde ons in Amerika, ik was net te laat voor een foto. Er werden slechts enkele (wederom dubbele) vragen gesteld en we hoefden geen formulier in te vullen.

Op de eerstvolgende Rest Area herpakten we onze bagage, gelukkig was het nu droog! Dit deden we omdat we anders vanavond, vanuit het hotel in Seattle, te veel met onze spullen zouden moeten slepen.
    Hoewel er druk verkeer was waren we ruim op tijd bij de Boeing fabriek in Everett. Een enorme parkeerplaats bood zicht op het gebouw waar we ons moesten melden voor de rondleiding. Eerst deden we de zogenaamde “self guided tour”. Ik had geen fototoestel meegenomen, omdat ik had gelezen dat je niet mocht fotograferen en niets mocht meenemen. Bij het gedeelte dat we zonder begeleiding konden bekijken had dat wel gemogen, maar dat hoefde voor mij niet zo. Voor W. was dit erg interessant, maar ik had het al snel gezien.
 
We hadden de tour van twee uur geboekt en na eerst wat uitleg over do’s en don’ts en een korte film, werden we met een bus naar de gigantisch grote fabriekshal vervoerd, voor de rondleiding daar. Er volgde trappen naar beneden en na een eindje lopen door de bevoorradingstunnel gingen we met een speciale lift naar boven. Daar keken we dan vanaf de balustrade neer op verschillende Boeings in aanbouw, eerst aan de ene kant, daarna aan de andere kant en dat was het dan. Er werd wel wat uitleg gegeven maar W. had er wel langer willen kijken dan de krappe tijd die we nu kregen. Toch was het een indrukwekkende belevenis!
    Terug en weer de bus in naar een andere hal. Hier stond de nieuwe Dreamliner al voor ons klaar. Dit paradepaardje beschikt over veel grotere raampjes die je alleen maar hoeft  aan te tikken om ze donker te maken. Korte tijd later liepen we weer naar de bus en reden we terug. Natuurlijk werden we afgezet bij de winkel, want zo gaat dat nu eenmaal! Al met al was het toch een ervaring die we niet hadden willen missen.   

Door naar Seattle in steeds drukker wordend verkeer, het was nu echt spitsuur. We naderden de Skyline van Seattle, met de kenmerkende Space Needle en na een uurtje vertraging zagen we de afslag die we moesten nemen. Ons hotel, bevond zich daar niet ver vandaan, maar door de hoge gebouwen werd G. weer van de wijs gebracht. Gelukkig zagen we al snel de moderne bibliotheek van onze beroemde landgenoot Rem Koolhaas opdoemen en daarna ook het uithangbord van ons hotel uit 1928, dat zich daar tegenover bevond. We hadden gelezen dat er Valed Parking was, dus wilden we voor de ingang parkeren, wat nog niet meeviel. Binnen vond W. een chauffeur, die de auto vervolgens ging parkeren in de nabij liggende parkeergarage. Na het inchecken bekeken we onze kamer op de derde verdieping, met uitzicht op …de parkeergarage. Aan de kant van de gang zagen konden we wel alvast een bewonderende blik op de bibliotheek werpen.


 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
Het rook er niet erg fris, zeker niet in de garderobekast, die we dan ook mooi met rust lieten. We leven eigenlijk toch meestal uit onze koffer. De vloerbedekking was vies en het plafond in de badkamer bladderde nogal, maar het bed bleek later prima te slapen en daar kwamen we voor.
    Eerst wilden we nog even de stad in. Vijf blokken verderop, een kwartiertje omlaag lopen, bevond zich de Monorail. Dat betekende straks weer zwoegen dus! Eigenlijk zaten we perfect centraal, maar onze lichamelijke ongemakken maakten het ons soms wat lastig.
 
 
Na een klein stukje met de Monorail konden we de Space Needle van dichtbij bewonderen.

Even overwogen we nog naar boven te gaan, maar het glas van de Chihuli Garden lokte ons meer aan. Allebei waren ze overigens flink aan de prijs! We kochten op advies van een beveiliger daar een ticket voor ’s avonds, die ook de volgende morgen nog geldig zou zijn. Dit was wel even wat geharrewar aan de balie, maar het lukte. Eerst wilden we nog wat eten. Het café van Chihuli bleek een smaakvolle gelegenheid, met genoeg lekkers voor het diner. We namen beiden een burger, die van mij zonder broodje, met sla en frites. Lekkerder dan bij McDonald’s! Overal waren verzamelingen te bewonderen, in de van glas voorziene tafeltjes en tegen de wanden. En dan natuurlijk de kunstwerken van de Master himself, Dale Chihuli.
 

 Hierna wandelden we de tuin door en verbaasden we ons over de ongelooflijke hoeveelheid kleurige, glazen objecten en over de schaal ervan. Kunst of kitsch, in elk geval heel knap gemaakt. De Space Needle torende boven ons uit en werd ook weerspiegeld in de diverse glazen bollen. Binnen zagen we drie korte films over het maken van de kunstwerken en in de verschillende zalen van de galerie was nog veel meer te bewonderen.
 
Hierna liepen we nog even een rondje om het fantastische EMP (Experience Music Project) gebouw van Frank Gery, maar dat was in het donker helaas minder spectaculair.

 

Antropologisch museum Vancouver

Woensdag 13 augustus

Na weer een heerlijk ontbijt en een gesprek met een Frans-Canadees echtpaar, waarvan de man alleen Frans sprak, besloten we om vandaag naar het antropologisch museum te gaan. Het regende nogal hard en ’t zag er niet naar uit dat het snel zou ophouden. Het was misschien wel jammer van de tweede dag “hoppen”, maar dat was nu ook weer niet zo erg.
    Het museum was een minuut of twintig rijden door druk verkeer. Er moest ook betaald worden voor het parkeren, we schatten ons verblijf op een uur of vier en dus veertien dollar.  

Oh wat was het druk hier, iedereen had zeker dezelfde gedachte gehad, met dit slechte weer. Wat een prachtig gebouw was dit zeg, van binnen was het veel groter dan we in eerste instantie dachten.
 
 
In de enorme hoge zaal stonden schitterende en sommige heel hoge totempalen. Er werd hier zelfs aangemoedigd om te fotograferen, terwijl ik nu juist mijn camera in de auto had laten liggen. Terwijl W. alvast de collectie ging bekijken haalde ik mijn toestel op, later kwamen we elkaar wel weer ergens tegen.


 




Tot half vier zijn we hier gebleven, er was zo enorm veel te zien. Tussendoor aten we een kleinigheid in het ook al overvolle restaurant, waar W. erg lang in de rij stond om wat te kunnen kopen. 

Eenmaal buiten regende het nog steeds pijpenstelen. Wat konden we gaan doen? Ik wilde nog wel naar de Lynn Canyon Suspension Bridge, maar we hadden geen stadsplattegrond meegenomen en de Garmin bleek het om een of andere reden niet te kunnen vinden. We probeerden van alles, klikten het aan op de kaart, maar we kwamen terecht in een State Park, dat zo te zien wel vlakbij lag, maar ja nu bij de Suspension Bridge te geraken. We kregen genoeg van het zoeken, het werd ook te laat en we hadden nog een uur terugrijden te gaan. Heen was het al spitsuur en terug schoot het ook niet echt op. We hebben in elk geval wel weer een paar mooie wijken gezien;-) 

Na de auto “thuis” te hebben gebracht gingen we eten in het Mongoolse restaurant op Robson Street. Er stond een grote ronde baktafel, bakken met groenten en bevroren lapjes kip, bief, lams- en varkensvlees. Héél veel sausjes. We kregen een kom met rijst op tafel en W. kon er  bami bij doen. Voor mij was het minder handig, omdat alles tegelijk gebakken werd, ook de bami dus. De plaat werd wel telkens schoongeveegd, dus ik nam de gok maar dat het goed zou gaan en heb nergens last van gehad. Het was een beetje zoals de Wok in Nederland, maar dan met de sfeer van een cafetaria. W. vond het erg lekker, ik iets minder.

Hop on Hop of in Vancouver

Dinsdag 12 augustus

Deze eerste dag in Vancouver stonden we om half acht op en troffen na een fijne douche enkele mensen aan de ontbijttafel, o.a. een koordirigent, die oorspronkelijk uit Vancouver kwam, maar nu samen met zijn vriend in New York woonde. Dit homostel was hier op vakantie. Later kwam er nog een jong stel bij, de man een Nederlander en diens vrouw een Canadese, die in Leiden woonden.
    Om te beginnen was er yoghurt met fruit, er stonden koeken op tafel en voor mij was er een glutenvrije muffin, erg lekker! Daarna bakte Michel een omelet voor ons en er was glutenvrij brood voor mij. Goed geregeld weer! 

Buiten was het minder aangenaam, het regende behoorlijk.
We liepen naar het dichtstbijzijnde opstappunt van de “Hop on Hop of bus” en kochten kaartjes voor 45 dollar p.p. waarmee we twee dagen konden “hoppen”. Eén dag was 40 dollar, dus dat was een goede koop. En ideaal om, in ons geval, Downtown Vancouver mee te ontdekken.
De bus arriveerde en we reden langs enkele hotelstops naar Stanley Park. De chauffeur vertelde ondertussen van alles.
    We kwamen langs English Bay, Granville Island, Yale Town, China Town en besloten om hier uit te stappen. Ik kocht een rode paraplu met de Canadese vlag, omdat het nog steeds regende. De rest van de dag bleef het nu natuurlijk bijna droog!
 
China Town
ATM


We bekeken wat winkels met allerlei aparte etenswaren, pinden dollars bij een ATM in een supermarktje waar we ook iets te drinken kochten, zagen het politiemuseum van buiten en liepen de straat een stuk verder af naar de Public Library. Hier dachten we een toilet te kunnen vinden. Nu bleek dit gebouw tevens een soort Community Centre voor druggebruikers en we troffen bij de toiletruimte dan ook wat vreemde vogels aan. In deze buurt voelde het op straat ook minder aangenaam, met al die zwervers en junkies.

 

 
 
 
 
 
 
 
 
We liepen terug naar de Chinese Tuin, die we niet bezochten omdat dit voor W. niet zo hoefde, om op de bus te stappen naar Gastown met zijn beroemde (kopie) van de stoomklok. We stapten hier uit en wachtten even tot hij floot, dit was zeker aardig om eens te zien.
 
Stoomklok
We gingen te voet verder naar Canada Place. Het was droog, maar bewolkt, lekker om te lopen.

Vanaf een plein boven het spoor zagen we de bekende zeilen, er lag ook een cruiseschip aangemeerd. Later bleek dit dat hier de cruiseschipterminal was voor schepen naar Alaska.
In het prachtige gebouw, waar ook een hele grote totempaal stond, mochten we zomaar naar binnen en bezochten we het toilet. Nou ja, het bleek behalve het Vancouver Convention Centre ook het Pan Pacific Hotel, Vancouver's World Trade Centre en 's werelds eerste Imax bioscoop te bevatten.


Canada Place
 
Aan de andere kant van het gebouw was het net of we op een groot schip liepen. We zagen in de verte watervliegtuigjes aan de lopende band stijgen en dalen en ook een helicopter. Overal stonden bankjes en zagen we mensen een beetje kijken, of lezen. Vooraan was het helemaal of je op een schip stond.

 

 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
We stapten weer op de bus om nu bij Stanley Park en de totempalen eruit te stappen en zagen onderweg een paar mooie doorkijkjes naar jachthaven en baai. Het uitzicht op de overkant viel wel een beetje tegen door het grijzige weer. De totempalen waren zeker indrukwekkend, maar voor de echte moesten we toch naar het museum.
 

 
 
 
 
 
 
 
Na hier een poosje rondgekuierd te hebben vertrokken we met de bus naar English Bay. 
Hier troffen we in Morton Park een groot aantal lachende mannen, A-maze-ing Laughter
Een inscriptie, opgenomen in de betonnen zitbanken, vermeldt: "May this sculpture inspire laughter playfulness and joy in all who experience it." Dit kunstwerk, van Yue Minjun, maakt je zeker blij, met zijn veertien verrassend reusachtige, bronzen beelden!


A-maze-ing-Laughter
 
 

We vonden een Grieks restaurant, Olympia. Heel anders dan in Europa, maar erg lekker. Dolmades voor mij en voor W. gevulde aardappelschillen. Daarna Souvlaki met zalm en garnalen en voor iets met rundvlees voor W. Erbij namen we natuurlijk een Griekse salade.  De Canadese wijn die W. erbij dronk vond hij erg lekker met een zachte smaak. Ik nam een appelcider. 
 
Ietwat moeizaam sleepten we onszelf naar de het blauwe huis.
 


 
Om half 8 waren we al op onze kamer, maar we moesten nog even naar de auto om die overhoop te halen, want W. was tot ontdekking gekomen dat hij zijn pinpas kwijt was! Waarschijnlijk verloren in
Banff, daar had ie hem in elk geval een keer gebruikt. Hij belde en de pas werd geblokkeerd.

Ik liep een beetje achter met mijn aantekeningen voor het verslag en helaas was er weer geen tafeltje. Dan maar op de bank en op schoot, wat ik erg onhandig vond omdat ik alleen met een muis kan werken.

Van Whistler naar Vancouver (Sky to Sea)

Maandag 11 augustus

Vanmorgen konden we wat langer blijven liggen. Er volgde een uitgebreid ontbijt, verzorgd door Jackie. We zaten naast een ouder stel aan tafel, samen met nog jongeman van 29, die aan crossfietsen deed. Voor ieder was er een mooi opgemaakt bordje fruit en daarna gebakken eieren met bacon. Voor mij was er glutenvrij brood, zelf gebakken door Jackie! Dat het in hetzelfde broodrooster moest als het brood van de overige gasten was een minpuntje, want ik had mijn toastzakjes thuis laten liggen, maar gelukkig ben ik niet zo overgevoelig voor elk kruimeltje gluten dat ik daar meteen last van krijg. Even wat rammelen met de toaster en de meeste kruimels waren verdwenen.
 
Cedar Springs B&B
 
    Om 10.15 uur reden we na een hartelijk afscheid naar Whistler, zetten de auto op de gratis parking en liepen naar de Gondola. Wat was het al warm in de zon! We kochten dagkaartjes voor 52 dollar p.p. en gingen in de bloedhete gondel naar boven. Beren lieten zich niet zien, maar wel veel crossfietsers. Boven keken we even rond en namen vervolgens de Peak 2 Peak Gondola.
 
 

 
Hoewel het een aardig ritje was, was het vergeleken met onze ervaring destijds in Chamonix, waar we van Frankrijk naar Italië zweefden, een heel stuk minder. Die tocht ging dan ook over sneeuw en de Géant gletsjer.
    Wij wilden hierna met de stoeltjeslift naar beneden gaan en vervolgens weer naar boven, maar we bleken een kaartje te hebben voor slechts “one ride up and down”. Boven hadden we wel meer gebruik kunnen maken van ons kaartje. Hadden we ons dat maar eerder gerealiseerd! Nu was het wel even een teleurstelling, maar de rit met de stoeltjeslift was fijn geweest - ik zag hier nog een flard van een beer omdat iemand riep dat er een te zien was, maar of het er ook echt een is geweest, wie zal het zeggen!

 

Om half 2 terug waren we na een, door de hete middagzon vermoeiende, wandeling terug bij de parkeerplaats en konden we aan de Sea to Sky HW beginnen, met een picknick in de buurt van een waterval  - waar we niet de puf voor hadden om naar toe te lopen. Een half uur heen en weer in deze hitte, dat trokken we gewoon niet. Wel genoten we van de prachtig mooie, blauwe vogels en de verrukkelijke kersen die we als toetje verorberden.

 

Bij de tweede waterval op onze weg namen we wel een kijkje. Hier waren ook enkele enorme bomen en een echte berenval te bewonderen!

Onze laatste stop was bij een uitzichtpunt waar een mooi beeld, een soort totempaal, stond ter nagedachtenis aan een dierbare. Dit laatste stuk van de Sea to Sky weg vonden we het mooiste, met het zicht op de zee, hoewel het heel heiig was.
 

 Vanwege de aanwezigheid ter plekke van de gastheer was het noodzakelijk om tussen vier en zes uur aan te komen in Nelson House, onze volgende B&B in Vancouver. Omdat het verkeer vóór en op de Lionsgate brug vaststond hadden we een uur vertraging en was het even spannend of we dat gingen halen. Nipt op tijd kwamen we aan en Michael, een druk baasje met paardenstaart, deed open. Het was een mooi, groot en blauw huis. De auto konden we even verderop, aan de overkant parkeren, op een voor de B&B gereserveerde plek. Na het uitladen van de bagage hielp Michael mee om al het spul naar boven te brengen. Het rook wel een beetje vreemd in huis, exotische geurtjes? Na de creditcard formaliteiten konden we onze kamer wat beter bekijken. Het was een soort blokhut stijl, met bank, schommelstoel en een fraai beschilderde badkamergedeelte met piepkleine toiletruimte!
 


Er was gelukkig een koelkastje. Het bed bleek later heel lekker te liggen en zich helemaal naar je lichaam te voegen.
    Na een verkwikkende douche en kort rustmoment bekeken we de aanbevolen restaurants in de map die hier voor ons lag, waarna we te voet op pad gingen, richting English Bay. Onderweg kwamen we langs een computershop en kochten daar een kleine harddrive. In deze echte stad hadden ze hem natuurlijk wel!

We aten in Banana Leaf, een Maleisisch/Indonesisch restaurant. Alle twee hadden we eerst  saté en dan nasi, een rond compact bergje, dat uitgespreid wel erg veel nasi was! Lekker, maar een beetje veel van ’t zelfde. Onderweg kochten we een ijsje en liepen in het donker terug naar Nelson House. Deze weg liep gelukkig iets minder omhoog dan we vooraf dachten, maar desondanks was het erg vermoeiend voor onze lijven. Met weinig fut meer over doken we al snel ons lekkere bed in.

 

Hete reisdag van Clearwater naar Whistler

Zondag 10 augustus

We kregen yoghurt met fruit als ontbijt en er waren glutenvrije koekjes, waarvan ik de rest meekreeg. De heer des huizes bakte eieren en ik had een van thuis meegebracht broodje, dat echter erg sterk rook en niet lekker meer was na een aantal seconden in de magnetron.   
    Om 9 uur vertrokken we, met vers ijs in de koelbox, aan de lange reis naar Whistler. Het was een ontzettend warme dag, tot wel 37 graden. De route was heel erg mooi, met een afwisselende natuur, prachtig! We maakten eerst een ommetje via de 24 richting 100 mile House, waar we eerder al afsloegen om de 97 zuid te pakken en na Clinton de 99 naar Lillooet. Clinton, met zijn mooie houten bankjes, was wel even leuk om doorheen te lopen.
 
 

 Voor een picknick trokken we ons terug op een koele plek in Marble Canyon PP. Het toetje volgde in Lillooet, waar we een kaart op de bus deden en een ijsje aten met zicht op de woeste omgeving.
 
 
 
  
 
Tussen Lillooet en Pemberton lag Joffre Lakes PP. Hier parkeerden we de auto voor een wandeling naar Lower Joffre Lake, waar het een poosje goed toeven was aan het water met de groene grassen en de zich daarin spiegelende gletsjer. Eén toerist wilde stoer doen en liet zich in het meer glijden,maar niet voor lang. Het water was natuurlijk ijzig koud.
 


 

Om een uur of zes kwamen we in Whistler aan, bij Cedar Springs
Het was een groot huis, met 8 gastenkamers, waar Jackie op dat moment de scepter zwaaide. De schoenen moesten weer uit (heeft vooral te maken met het feit dat dit vaak modderige bergschoenen betreft) en we werden via een aantal trappetjes naar onze ensuite voor één nacht gebracht. Een van de zonen bracht onze bagage naar boven.
    We kregen een kamer met een prachtig, handgemaakt bed en meubels van pijnbomenhout.
 
 
Er was geen airco, maar de gastvrouw had de ventilator op volle kracht gezet. Ook nu bleek weer dat één nacht in een B&B veel te weinig was om ten volle van huis en omgeving te kunnen genieten. Er stonden ligstoelen op het terras, we konden een aangenaam wandelingetje maken door het bos aan de overkant van de weg en de gezamenlijke huiskamer zag er aantrekkelijk uit.

Omdat we nog wilden gaan eten in het centrum van Whistler konden we dit allemaal niet doen. We reden naar de door Jackie aanbevolen gratis parkeerplaats en zochten Caramba op, gelegen aan een gezellig pleintje. Het terras was goed gevuld en we moesten een tijdje wachten voor we er terecht konden. Het was een heerlijk, warme avond. Ik had gezien dat er een glutenvrije pizza op de kaart stond, dus mijn keus was snel gemaakt.
 
 

Een sangria erbij was ook niet verkeerd. W. nam mosselen en we lieten het ons goed smaken. Het was al donker en nog steeds warm toen we op “huis” aangingen.